Tijdens de Nederlandse Kampioenschappen Omnium strijden de volgende categorieën voor de titels: Junioren, Junior-Vrouwen, Elite-mannen/Beloften, Elite-Vrouwen/Belofte-Vrouwen. Het omnium bestaat uit vier onderdelen die in één dag worden afgewerkt.
Er zijn minimaal 16 wedstrijden op één dag – 4 per categorie: Scratch – Temporace – Afvalkoers – Puntenkoers
Scratch
10 kilometer voor Elite-Mannen en 7,5 kilometer voor Elite-Vrouwen en Junioren en 5 kilometer voor de Junior-vrouwen; de renner die als eerste de finish passeert wint de race.
Tempo race
Na vier ronden luidt de bel en iedere ronde krijgt de renner die als eerste de finish passeert één punt. Een ronde winst wordt beloond met 20 punten. De renner of renster die tijdens de race de meeste punten verzamelt is de winnaar van deze ronde van het omnium. 10 kilometer voor Elite-Mannen en 7,5 kilometer voor Elite-Vrouwen en Junioren en 5 kilometer voor de Junior-vrouwen.
Afvalrace
Alle renners rijden in de baan. Na elke tweede ronde volgt er een sprint, waarbij degene die als laatste de streep passeert, afvalt. De renner die in de laatste sprint als eerste de finish passeert, wint de race.
Puntenkoers
25 kilometer lange koers met onderweg tien tussensprints voor mannen en 20 kilometer met acht tussensprints voor vrouwen en de Junioren. De Junior-vrouwen rijden over 15 kilometer met 6 tussensprints.
Horeca
Sporters en bezoekers kunnen in de Sportfoyer terecht voor een kopje koffie of iets te eten.
Omnisport werkt volgens de Richtlijnen Gezondere Kantines die zijn opgesteld
door het Voedingscentrum. Wij gaan voor de betere keuzes bij onze horeca!